Verslag 20 Cuzco, Sacred Valley and Machupicchu

21 oktober 2011 - Cusco, Peru

Cuzco: de meest toeristische plaats van Peru…..met een bezoek aan een “sexy woman” en de “Sacred Valley”………….vanaf een 4300m hoge bergpas op de fiets afdalen naar 1500 meter………………eindigend in een (toeristisch) hoogtepunt………..op de FIETS naar MACHUPICCH.

Dag 1 (12okt.) kwamen we om 6 a.m. aan in Cuzco en iemand bood ons daar een kamer aan in La Casa de la Abuela voor 25 soles (6,50 euro) met badkamer outside en gratis Wifi op 10 minuten lopen vanaf Plaza des Armas, net buiten de wijk La Blas. Met een extra bed en een tafel in de kamer en een eettafeltje op de overloop hadden we meer dan voldoende ruimte.  Er was een klein overdekt dakterras met een uitzicht op de stad Cuszo. We hebben de stad bekeken en hebben gezocht naar andere hostels maar de meeste waren het dubbele van wat wij nu betaalden. We zijn een aantal reisbureautjes binnen gelopen om ons te oriënteren op de verschillende mogelijkheden v.w.b. sightseeing en tours.  We hebben de drie meest centrale pleinen bezocht, waaronder het Plaza des Armas (omzoomd door een kathedraal, drie kerken en de bekende geboogde galerijen).  Tevens hebben we de overdekte markt bezocht en langs het treinstation gelopen.

Dag 2 hebben we informatie gekregen bij het toeristenbureau en een ticket gekocht om alle archeologische opgravingen en musea te kunnen bezoeken.  Vervolgens hebben we de bus richting Pisac genomen en zijn 8 km buiten Cuzco uitgestapt om achtereenvolgens, teruglopend in de richting van Cuszo, vier archeologische Inca sites te bezoeken, namelijk Tambomachay (badplaats), Pucapucara (rode fort, verdedigingswerk), Qénqo (offerplaats) en Saqsayhuaman (fort ter verdediging, door de gidsen ook wel in “sexy woman” verbasterd). Daar zijn door 150 Spanjaarden zo’n 20.000 Inca’s vermoord. We hebben samen met een Ierse 60-jarige reiziger vol verbazing naar de megalieten  gekeken, die volgens hem zelfs Pre-Inca waren, omdat de Inca’s zoiets zelf niet hadden kunnen bouwen.  Zijn echtgenote heeft 30 jaar als archeologe een studie gedaan naar megalieten! Daarna konden we via een korte weg binnen 10 minuten terugwandelen naar Cuzco en via San Blas kwamen we in nog eens 10 minuten terug in ons hostel. Op het dakterras hebben we genoten van het fraaie zonnetje.

Dag 3 zijn we begonnen aan onze 6-daagse rondtocht door de Sacred Valley en Hans heeft voor die gelegenheid een mountainbike gehuurd. Renee ging rechtstreeks met de bus naar Pisac en Hans liet zich op 3900m bij Tambomachay met de fiets afzetten. Hij kon rustig 1000m omlaag fietsen en genoot onderweg van de fraaie omgeving en bezocht een lama-boerderij. ’s Middags klommen we in 2 uur omhoog naar de  Inca ruïnes van Pisac, een prachtige wandeling langs rotswanden, door een grot en langs prachtige trapakkers (waarbij de trapakkers van Ede in het niets verdwijnen).  Er waren op de berg verspreid minstens 6 ruïnes te bezichtigen. We zagen ook een groep van 30 arbeiders die telkens met een zak cement van 60kg op hun nek in looppas de berg af liepen richting de opgravingen. Hostel Beho ligt vlak bij het Plaza Constitution en daarop wordt dagelijks een grote markt gehouden, waarop ook nu een heleboel toeristen waren afgekomen, alhoewel de echte grote markt pas op zondag, dinsdag en donderdag is.

Dag 4 gaat voor Renee met de bus via Urubamba naar Ollantaytambo. Opvallend waren het grote aantal boerenarbeiders op het land. Hans had met de fiets eerst nog een tussenstop bij een kleine archeologische opgraving waarbij de bewaking voor het eerst in 4 dagen weer een bezoeker bij kon schrijven in zijn logboek. Calca is de hoofdstad van de Sacred Valley en heeft een prachtige Plaza. De opgraving van Cosqo lag te ver van de doorgaande weg. Hans is nog tweemaal over een hangbrug de rivier overgestoken om kleine plaatsjes te bezoeken en heeft in Urabamba het grote Plaza bezocht, alvorens met de bus in Ollantaytambo Renee in het afgesproken hostel Las Portades te vergezellen. Daarna zijn we samen 2uurtjes naar de Inca Citadel gegaan, die steil tegen de bergen aan is geplakt met prachtige trapakkers, tempels, huizen en baden. 

Dag 5: Hans probeert met de fiets in de bus naar Pasa Malam (4300m) te komen, maar de bus heeft helaas geen ruimte in de laadbakken. Hans probeert daarna richting de start van de Inca Trail te fietsen, maar mist de afslag en fietst in de richting van de pas. Hij kan meerijden met een busje met de fiets op het dak, en die zet hem na een uurtje rijden af bovenop de pas van 4300 meter. Daar is het goed koud en na een bezoek aan het kerkje begint hij met de prachtige afdaling. Hij ziet een gletscher en komt langs kleine stenen boerderijtjes met rieten dak, kindertjes in klederdracht, een jong herdertje met schapen, restanten van voorraadschuren en trapakkers uit de Inca-tijd en fraaie  riviertjes. Na 2 uur alleen maar afdalen (met een wat zachte voorband) is hij weer terug in Ollantaytambo. Na wat lezen in het zonnetje gaan klimmen we beide via een steil pad naar de Inca ruïnes die vlak boven onze hostel liggen. Daarbij hebben we een fraai uitzicht over het stadje, het plein en de Inca ruïnes aan de overkant. ’s Avonds lekker gegeten voor euro 1,50 (kip, sla, patat, thee) en daarna in een cafeetje met Wi-fi op internet gegaan.  Bij het controleren van de fiets bleek nu de achterband helemaal lek.

Dag 6 begon met het lenen van een fietspomp en het plakken van de achterband. Een klein stukje ijzerdraad bleek de boosdoener. Daarna om 8.30u op het plein op een bus staan wachten, voorwiel alvast gedemonteerd, maar toen de bus om 10u kwam bleek die opnieuw geen ruimte te hebben voor de fiets. Gelukkig kwam er even later een busje waar we in mee konden rijden. Renee nam een ticket naar Santa Maria en Hans opnieuw naar de 4300m pas om vandaar 2800 meter af te dalen naar Santa Maria. Dat duurde bij elkaar 3 uur, terwijl Renee met het busje er ruim 2 uur over had gedaan. In Santa Maria konden we onmiddellijk overstappen in een auto met de fiets wat krapjes in de achterbak over onze hoofden heen (zie foto). De jonge chauffeur kende nog geen angst en scheurde over de smalle weggetjes langs zeer diepe ravijnen.  We hielpen nog een bromfiets met pech en dat bleek achteraf de verhuurder van de mountainbike te zijn! In Santa Teresa stapten we over in een busje en vervolgens bij het 8km verderop gelegen Hidro Electrica aan te komen. Renee nam daar de trein en Hans werd afgemat door een Peruaans fietsmaatje die hem de route voorreed langs de spoorbaan richting Aguas Calientes. Daarbij moest een tiental keren het spoor wordt overgestoken omdat het pad dan aan de andere kant van het spoor verder liep. Ook bij diverse bruggetjes moest er over de bielzen gelopen worden. De Peruaan reed zo wild dat de verbinding tussen zadel en zadelstang afbrak, waardoor hij de rest van de tocht op de pedalen staand moest verder fietsen. “Die zingt vanavond een toontje hoger”, dacht Hans nog.  Renee en ik waren tegelijkertijd in Aguas Calientes, maar Renee moest met nog 10 andere toeristen nog haar kaartje betalen want dat was dat kon niet in Santa Teresa of Hidro Electrica. Na ruim een kwartier te zijn opgesloten in hun cabine mochten ze eindelijk betalen en kon Renee Hans vergezellen in hostel Joe. Aguas Calientes bestaat alleen uit hotelletjes, hostels, cafeetjes en restaurantjes, met zo hier en daar nog een winkeltje en veel souvenirshops. ’s Avonds hebben we eerst tickets voor Machupicchu gekocht en vervolgens een treinticket voor de volgende avond terug naar Ollantaytambo.

Op dag 7 zijn we bijna 900 meter omhoog geklommen naar de ingang van Machupicchu en vervolgens de berg op naar Intipunku, de entree van de Inca Trail. Dat deden we lopend, zoals de Inca’s dat vroeger deden, en dus niet zoals de moderne Inca$ veertien dollar$ voor een bu$ retourtje van 2x 8km menen te mogen vragen. Ondanks de slechte weersvoorspellingen hadden we een prachtige zonnige dag met zo af en toe wolken die de bergen  in mist hulden.  Machupicchi ligt in een prachtige zetting van steile bergtoppen en diepe ravijnen met een rivier en spoorbaan daarin. Het is zo bijzonder omdat de Spanjaarden het nooit hebben ontdekt en dus ook niet vernietigd. Alleen de tands des tijds heeft zijn inwerking gehad. Natuurlijk veel foto’s gemaakt en rondgelopen tussen de prachtige ruïnes. We hadden te weinig water bij ons en het colaatje achteraf smaakte des te beter. Daarna weer teruggelopen naar Aguas Calientes. De trein had ’s avonds een uur vertraging, waardoor we pas na middernacht terug waren in Ollantaytambo. Bovendien was er geen vrachtwagon, waardoor de fiets pas de volgende dag om 5.30u op de trein gaat en die mag ik dus om 7.30u ophalen. Het gaat niet voor NIETS, op de FIETS naar MACUPICCH!

Op dag 8 zijn we naar het op 3760 meter hoogte op een plateau gelegen Chinchero gegaan. Eerst naar Urabamba (Hans op de  fiets) en daarna samen met de bus omhoog naar Chincero.  Daar hebben we de Inca ruïnes bezocht die veel groter en mooier waren dan verwacht en vooral ook de 400 jaar oude kerk, gebouwd op de ruïnes van de Inca’s, met al zijn fresco’s en overige schilderingen was indrukwekkend.

Op dag 9 is Renee om 8.15u met twee Fransen op pad gegaan en heeft Hans ruim 80 kilometer gemountainbiked gemiddeld op 3500m hoogte!  Dit ging door landbouw en veeteelt gebied, waarbij ezels, pakezels, schapen, geiten, varkens, herders, enz. elke kilometer de revue passeerden.  Eerst werd er een rondje om de plaatselijke lagune gefietst, daarna binnendoor over onverharde wegen naar de Inca overblijfselen in Moray. Dat zijn cirkelvormige terrassen (16 niveaus)  in een 80m diepe kuil met waarschijnlijk als doel om  op deze 3500m hoogte toch nog bepaalde gewassen te kunnen laten groeien, een soort Wagenings landbouw proefstation dus.  Daarnaast lagen nog twee kleinere cirkelvormige terrassen in een kuil. Renee en de Fransen kwamen net met de auto uit het park gereden terwijl Hans met de fiets erin ging. De route werd vervolgd naar Maras (3300m). Na een broodje en drankje aldaar is Hans doorgefietst naar het op 3000m hoogte liggende Salineras. Dat bestaat uit duizenden terrasjes waarin het zoute water uit een hoger gelegen meer door een uitgebreid irrigatiestelsel wordt opgevangen en door verdamping wordt dan het zout gewonnen.  80% van die zoutbakken komen nog uit de tijd van de Incas. Doorfietsend naar de Sacred Valley haalde Hans de twee Fransen nog in die aldaar de bus naar ons vorige hostel in Ollantaytambo zouden nemen. In Urubamba nam hij de bus terug naar Chincero en hij werd nog net op tijd wakker om daar uit te stappen en Renee in het hostel op te pikken. Het was inmiddels al bijna 16.00u dus ging Hans meteen weer door voor de laatste 33km terug naar Cuszo, alwaar hij gebroken aankwam. Renee speelde voor pakezel, en mocht dus de backpack en een kleinere rugzak meenemen naar het hotel.

Op dag 10 en 11 zijn we van plan om de laatste bezienswaardigheden in Cusco te bezichtigen, waaronder de Museo de Sitio de Qoricancha, Museo Municipal de Arte Contemporaneo, Museo Historico Regional, Museo de Arte Popular, Monumento Pachacuteq en ’s avonds een culturele voorstelling in Centro Qosqo de Arte Nativo. Op zondag 23 oktober nemen we dan de bus naar Puno aan het Titicaca meer (3808m)

 

Foto’s

1 Reactie

  1. Truus:
    21 oktober 2011
    Dat is weer een prachtige week geweest, zo te lezen. Hans, petje af voor al die gemountainbikete kilometers. De naam mountainbike is hier wel heel erg toepasselijk! Wat een prachtige omgeving waar jullie doorheen trekken. Ben benieuwd naar Titicaca. Happy trails!
    Truus